Kijk, ik ben een verkeerschick. Van het soort dat al 5 jaar onafgebroken verkeer maakt voor u op de radio, waardoor ik echt wel op de hoogte ben van de structurele situatie in de avond- en de ochtendspits op de meeste knelpunten. (En op sommige momenten is ons hele land een knelpunt, I know). Ik ken alle E-wegen in het Vlaamse uit het hoofd en zelfs de meeste op- en afritten. En ja, af en toe is die kennis zeer nuttig.

Ik heb dus lang geen gps nodig gehad. Ik geraak er meestal wel, want ik kan daarbovenop ook vrij goed kaart lezen. En ik heb megaveel oriëntatie. Dat is vrij mannelijk, maar kan dan weer niet goed parkeren. Ik was zelfs een beetje tegen een gps, je wordt daar zo lui van. Maar ok, ik moet toegeven dat het gewoon wel gemakkelijk is. En nu ik er eentje heb, gebruik ik die ook.

Ik moest van de week naar Sint Baafs Vijve, bij Waregem. Een koud kunstje, E17 afrit Waregem en dan nog wat kleine baantjes. Piece of cake. En dat bleek ook zo, al heb ik wel assistentie gebruikt van de gps voor de kleine baantjes op het laatste. Ik geraakte er vlot. (En kon dan de dingen inladen die we besteld hadden voor de doopsuiker, I was totally excited!)

De miserie begon pas later. Toen ik weer naar huis ging. Of beter, probeerde te gaan.

Ik weet niet of u recent nog in Sint Baafs Vijve bent geweest, maar dat is één grote werf. Ik ging van de ene omleiding naar de andere. Op de gps kon ik ook niet meer vertrouwen, want die stuurde me altijd naar een baan die niet meer berijdbaar was.

Ik kan u zeggen, die omleidingen trekken daar werkelijk op niks. Ge krijgt ne pijl met ‘omleiding’, van het irritante oranje type. En ge begint dat te volgen. Ge wacht geduldig op een volgende oranje pijl, die er vervolgens_nooit_komt.  Nee, ge botst weer op een nieuwe omleiding, die de eerste tegenspreekt en u nog steeds niet naar de E17 leidt. En ik ga u ook niet vertellen hoeveel keer ik op datzelfde kruispunt ben beland. Of die ene rotonde. Ik heb het wel gezien, daar.

Toen ik ondertussen al een halfuur aan het rondrijden was, begon ik me toch heel ongelukkig te voelen. Want ik wilde nog gaan zwemmen en zag de tijd wegtikken. En ik zag ook al borden met ‘Ingelmunster’ en ‘Roeselare’ verschijnen, dus ik wist dat ik niet bepaald dichter naar de E17 ging.

Op dat moment stonden de tranen me in de ogen. En dat wijt ik volledig en alleen aan de hormonen. Het was alsof die hele omgeving  alleen maar bestond uit banen die open lagen. En ik wilde gewoon naar huis. Er was niks meer over van die mannelijke oriëntatie-eigenschap. Ik wilde gewoon heel hard wenen. Zeker toen mijn lief niet opnam, tegen wie ik toch graag deze dramatische gebeurtenis helemaal uit de doeken had gedaan. Uiteraard met voldoende drama, dat spreekt voor zich.

Ik ben blijven rondrijden, los van gps en borden, op mijn gevoel. En plots was daar de redding. En die kwam nog wel van het voetbal. Want ik zag plots aan mijn rechterkant het Regenboogstadium verschijnen, en daar ben ik al eens geweest. Ah ha. Ik kon me nog levendig herinneren dat het niet ver was van de E17 (en mens zoekt vluchtwegen als hij naar een match gaat kijken). De E17, de weg naar huis.

Vanaf toen ging het vlot. En laat ons eerlijk zijn, drie kwartier verloren rijden in een klein dorp bij Waregem, dat valt nog mee.  (Durft ne keer iets anders te zeggen, jong)