We spreken er al lang over, maar het is niet omdat je erover spreekt dat je ook tot actie overgaat. Maar toen stond ik in de Ikea omdat ik onze stoelen verkocht had, we zeven mensen op bezoek hadden voor een etentje en geen stoelen meer hadden en ik dus toch dringend een andere oplossing moest vinden. Ondertussen is er alleen nog maar goed interieurnieuws bijgekomen, hoera! Nog 8 dagen en de tafel komt!

Maar ik stond daar dus, en de Ikea is zodanig goed ingericht dat je – indien je de regels volgt (of vooral de pijlen) – sowieso alle gangen passeert. Alle ruimtes in je eigen huis, alle dingen die je snel toch nog in je kar legt omdat die vast wel goed van pas gaan komen. Of gewoon mooi zijn. Ik wandelde voorbij de slaapafdeling in de markthal. Ik stuurde mijn lief een sms of het moment misschien toch aangebroken was. “Breng ik twee donsdekens mee?”

Want is dat niet ongelooflijk onromantisch om onder je eigen dekentje te kruipen? Hoe kan je dan lepeltje-lepeltje in slaap vallen (doen we nooit, maar gesteld dat we zo’n soort koppel zouden zijn), hoe kan je ’s nachts dan per ongeluk een warm lijf tegenkomen? Hoe kan je dan ’s nachts zuchtend wakker worden omdat je nog maar in het bezit bent van een kein lapje stof dat nog net je bovenkant maar al lang je zijkant niet meer bedekt?

Exactly. Geen gevecht meer om het deken. Maar vooral: geen temperatuurdiscussies meer. Ik ben een stoof ’s nachts, dat is echt niet normaal. Als ik in slaap val, stijgt mijn temperatuur een paar graden. Zelfs met zo weinig mogelijk kleren aan (ja, je leest wat je leest. Sorry but not sorry for the mental image), kan ik wakker worden in een zweetzwembad. Ik zou het liefst van al permanent in een ijskelder slapen, maar mijn lief heeft zelfs liever niet dat het raam openstaat. Kan je dat geloven? Verse koude lucht, dat is toch het beste slaapmutsje ever?

IMG_6832

Twee donsdekens dus. Eentje met de allerlaagste warmtegraad, eentje met de allerhoogste. Want hoe vaak ik ook zei dat ik echt niets meer kon uitdoen en hij nog altijd een pyjama kon aandoen, dat pleit heb ik verloren. En zolang onze jongste ’s nachts evenveel weent als slaapt, ligt hij ook bij ons op de kamer. Dus is ijskelder sowieso out of the picture.

We slapen nu al een paar weken onder onze eigen donsdeken. Het was de eerste nacht wat raar, maar dat ging snel over. Eindelijk kan ik weer overgaan tot mijn favoriete slaaphouding: dat is half op mijn buik, half op mijn zij met één been opgetrokken. Daaronder ligt bij voorkeur een kussen en een stuk van het deken. Mijn voeten liggen het liefst buiten het donsdeken (dat kan nu weer langs beide kanten, hoera!) en voor de rest is alles zoveel mogelijk bedekt.

Dat van die warmtegraad moeten ik misschien toch herbekijken, want het mijne lijkt niet dikker dan een laken. Er zijn nog altijd nachten dat ik lijk te smelten (op mijn buik en billen dan liefst als ik mag kiezen), maar het duurt wel langer voor ik opgewarmd ben. Mijn deken voelt niet echt zwaar genoeg, dat mis ik wel. Ik lig vaak natuurlijk ook halfbloot met een wenende baby, daarvan koelt een mens al eens af. Enfin.

Twee donsdekens lijken dan misschien een romance-killer, dat is gewoon dikke zever. Een baby met (mogelijks) verborgen reflux die zelden langer dan twee uur aan één stuk slaapt, dat is dan weer een ander paar mouwen. Maar daar heb ik het een andere keer nog wel eens over. (Al is het al beter, vannacht was een goede nacht, ik klaag niet)

De algemene conclusie is eigenlijk alleen maar positief. Ik vind het behoorlijk aangenaam om zo te slapen. Ik kan me helemaal rollen in mijn eigen donsdeken en ik hoor mijn lief ook niet klagen.

Er ligt trouwens nog altijd een dubbel donsdeken binnen handbereik, bijvoorbeeld voor wanneer er twee kindjes bij in ons bed komen liggen ’s morgens. Ik zeg maar wat.

En nog een plus: ik mag nu weer shoppen voor nieuw beddegoed. Hoera!