Het gebeurt de laatste tijd niet zo vaak, maar we zaten nog eens gezellig samen in de zetel. Ons boeleke lag al te slapen en één van onze nieuwe favoriete reeksen was toevallig op tv. Ik lag rustig onderuitgezakt onder een dekentje, mijn hoofd rustte op de schouder van mijn lief. Al bij al een melig en romantisch tafereel. Tot plots.
“Ik heb iets zien kruipen. Serieus. Daar liep iets” – dit alles met verschrikte stem en lichte paniek in zijn ogen. In een vlotte beweging wordt de salontafel op wieltjes weggeduwd. Omdat we het ding dan zien verschijnen, volgt er een gil van de persoon rechts van mij.
Ja hoor. Een kanjer van een spin. Toch wel echt een lelijk exemplaar. Grote poten en een redelijk vet lijf. Ik moet zeggen dat ik ook even schrok. Maar dat is niets vergeleken met de reactie van mijn lief. Die begon rond te spartelen en te gillen. “Doe dat beest dood. Kom, pak dat beest.” (I am the hero around here, so you know)
Ik kom ondertussen al bijna niet meer bij van het lachen. Maar omdat ik graag de held uithang, loop ik toch maar naar de keuken voor een stuk keukenrol. Ik ben dan wel niet bang, ik sta toch ook niet te springen om dat beest met blote handen naar de eeuwige jachtvelden te verhuizen.
Ik trek ten aanval. Ondertussen zit mijn lief met opgetrokken knieën in de zetel. Helaas. Ik mis het beest op een haar na, ze is me te snel af. (Ik zeg ‘ze’, omdat ik altijd het gevoel heb dat spinnen vrouwelijk zijn, maar er zijn vast ook wel mannelijke exemplaren). In een mum van tijd, is het monster verdwenen. Opnieuw onder de zetel.
Ik denk, tja, ze is ergens vandaan gekomen, ze zal daar wel terug naartoe zijn. En als ze zo dadelijk weer opduikt, maak ik ze dan wel van kant. Maar dat is buiten mijn histerisch wijf gerekend.
“Zoek dat beest. Serieus. Zo kan ik niet meer in de zetel zitten. Dat beest moet nu gevonden worden. Komaan.”
Ik moet eerlijk toegeven dat ik hem nu ongeveer kei hard aan het uitlachen was. Redelijk luid. Maar hij bleef volharden in het terugvinden van ons lief, schattig spinnetje. Met zaklamp (sommige smartphones zijn voorzien van een prima exemplaar) begon hij alle hoekjes en kantjes af te sporen. Ondertussen werd er nog een paar keer geroepen dat ik moest helpen zoeken. Het grote monster zou ons huis zeker afbreken.
Even later werd de crimineel opnieuw gespot, aan de kast deze keer. Ik mocht niet meer missen, dus heb eerst een schoen gebruikt. Het opruimen daarna verliep vlot, al viel er onderweg nog wel even een poot af. Sorry spin.
Enfin. Ik heb de terror professioneel weggewerkt. En misschien was het niet zo sympathiek om daarbij mijn lief uit te lachen. Maar ieder zijn fobie. Moest er een muis op het tapijt hebben gezeten, dan lag ik nu in het ziekenhuis met een hartaanval. For sure.
Een muis jong, serieus? Zo’n lief zacht bolleke? 🙂
Ik heb intussen mijn spinnenfobie onder controle. Lees: ik word niet meer hysterisch als ik een dikke spin zie, ik kan nu heel beheerst aan Bert vragen of hij alsjeblieft dat beest wil doodmeppen. Tot zover 🙂 Maar ik snap de reactie van uw lief dus absoluut…
Ik moet zeggen dat ‘k me ook wel herken in uw lief. Ik begin dan ook hysterisch te lachen en tot iemand anders het monster heeft weggedaan. Ieuw.
Met alle respect, maar dat lief van jou heeft de enige juiste reactie en daar mag en kan niet mee worden gelachen. Hier in huis zou zich exact hetzelfde hebben voorgedaan.
Dus, Sofie, het lief respecteren en dat monster doden of buiten zetten! 😉
Dat live uitlachen, tot daar aan toe, maar het daarna nog’s haarfijn overdoen op het wereldwijde internet….Erover jong erover!
Maar kom, nu hebben we allemaal ‘s kunnen lachen en da’s toch ook belangrijk hé 🙂
Ocharme! Dat is niet om mee te lachen! Mijn lief moet ook vaak op spinnenzoektocht. En àltijd zijn het van die vieze dikke grote zwarte exemplaren die hier in huis zitten. Bah bah bah!
Met alle respect voor de”spinnenangst” ….spinnen zijn onmisbare gasten in huis.Als ze er niet waren viert het ongedierte feest! Ze zijn echt onmisbaar.Volgende keer gewoon een glas overzetten,een blaadje onderschuiven en buiten zetten.Wat zou die spin denken van die reus voor hem die hem dood wil?
Oh, herkenbaar, herkenbaar. Een spinnenfobie, ik weet er helaas alles van. Ik ben zelfs in therapie gegaan, ja hoor. Twee keer. Lijkt niet veel, maar ook thuis kreeg ik opdrachten en ik was er dagelijks mee bezig. Ik heb het beter onder controle nu. Dat wil zeggen dat ik niet meer droom over spinnen en in paniek wakker schiet. Dat wil ook zeggen dat ik in de herfst niet elke kamer screen voor ik er een stap in zet. En het wil ook zeggen dat ik niet begin te hyperventileren als ik een spin zie. (Ik had enkel een fobie voor huisspinnen.)
In ons vorige huis zaten enorm veel spinnen. Een oud huis vol kieren, wat wil je. In de herfst hadden wij elke week wel twee kanjers. In ons huis nu heb ik nog nooit een gezien. Een huis naar mijn hart. 🙂
Liever gij dan ik! Heb zelf een grote spinnenangst, dus als ik ook nog eens met een hysterisch wijf langs mij zou zitten, dan zou hier wat te zien zijn.
spinnen dat doet mij niks, maar een muis, ik denk dat zelfs de bandweer komt opdagen met mijn gegil!
Als er hier 1 zit heb ik ook altijd de eer om het op te lossen. Meppen mag ik er echter niet naar doen van ‘t vrouwtje, dus moet ik er dan ook nog eens jacht gaan op maken met glas en karton om het daarna buiten te gaan zetten. Wat ‘s avonds laat in pyjama bij deze temperaturen ook al geen pretje is.
Zet je voorzichtig dat spinnetje buiten neer, let je er op dat het ding u niet bespringt want daar heb ik dan ook weer geen zin in, en dat zal je het altijd zien dat er op dat moment, met glas en kartonnetje in de hand en half voorovergebogen houding, er net enkele auto’s passeren. En dan voel je je toch zo’n held hé.