Voor ge begint te flippen en naar een zakdoekje moet grijpen om het weggepinkte traantje op te vangen, het was niet voor mij. Toen we afgelopen zomer even in de tuin zaten uit te blazen met de verfborstels nog in de hand, stelde vriendin B. mij plots een belangrijke vraag. Of ik haar getuige wilde zijn. Ja hallo. NATUURLIJK.

Toen mijn lief getuige mocht zijn bij een topmaat heeft hij weken lopen te stressen over een speech, maar daar heb ik niet zoveel last van. Schrijven doe ik graag en spreken voor een publiek is ook helemaal mijn ding, dat stuk komt dus in orde. Het is ook pas volgende zomer, so chill out. Ook het stuk ‘organiseer een fantastische vrijgezellen’ zie ik helemaal zitten. Ik hoef de klus namelijk niet alleen te klaren, er zijn twee getuigen. We hebben al identieke getuige-oorbellen, nu alleen nog een identiek bruidsmeisjeskleed. But that is another story.

Door mijn getuige-status had ik ook de eer om getuige te zijn van het passen van de jurk (vreugdedansje). We hadden deze week een afspraak bij JPC Collection in Antwerpen, in het gedacht om al eens ons licht op te steken. Want het zou wel redelijk zot zijn om meteen op de droomjurk te botsen, nietwaar?

IMG_6302

Omdat ik nog nooit zo dicht bij zoveel trouwkleedjes geweest ben, was ik zelf over the moon. Ik voelde niet de behoefte om zelf te passen, ik vond het al geweldig om er te zijn. Ik zou er nooit geld aan kunnen geven, dus ik heb de trouwdroom gewoon opgeborgen. Het hoeft niet meer, echt. Ik zal wel genieten van de huwelijken van andere mensen. Als mijn lief dan elke keer toch minstens één slow met mij danst, kan ik er weer tegen voor een tijdje. De laatste twee maanden was dat trouwens bijna om de anderhalve week, dus misschien heb ik gewoon last van een overdosis.

Anywayz. De ene prachtige jurk na de andere werd bovengehaald. Vriendin B. stapte iedere keer met evenveel enthousiasme op het trapje, maar wist al even snel wat er mis aan was. Gaande van een onflatterende snit, een foute tint wit, een compleet verkeerd model, veel te veel kant, veel te weinig kant, niet speels genoeg, gemaakt voor een zwangere bruid tot bijna perfect. Bijna.

IMG_6303

De moeder van de bruid, de andere getuige en ikzelf gaven ongezouten onze mening bij ieder kleed. Het was dikwijls bijna, maar het zat er nooit op. Toen liep er iemand van de winkel voorbij die iets fluisterde tegen onze verkoopster. Dat ze dat bepaalde kleed eens moest gaan halen, want dat ging het helemaal zijn. We vonden dat al een zot verhaal, maar toen we de kapstok zagen passeren werd het nog zotter. Het zag er – op de kapstok – perfect uit.

Toen kwam B. uit het pashok. Ik denk dat het woord pasKAMER is uitgevonden voor bruidswinkels, want daar heb je echt meer dan genoeg plaats. Maar ze kwam er dus uit en wij (de twee getuigen) werden helemaal zot. Dit kleed was perfect: speels, speciaal maar toch ook eenvoudig, intens maar niet zwaar, leuk en prachtig.

Alleen, de bruid was nogal stil. Ik dacht, komaan meiske, ge ziet er fantastisch uit, ik hoop dat ge het zelf ook ziet? Vergeet alle vorige dingen die ge aangehad hebt, dit kleed speelt ze allemaal naar huis. Maar er was dus stilte.

Omdat die andere verkoopster dat kleed had aangebracht, was er even paniek of het wel binnen het budget zou liggen. En enthousiast worden over een Porsche als je alleen maar een Peugeot kan (of wil) betalen, kan nogal pijnlijk zijn. Maar eenmaal die paniek was uitgeklaard, kwamen al snel de traantjes. Van geluk.

Dus: getuige gaat mee naar de bruidswinkel en botst bij de eerste pasbeurt op een betaalbaar droomkleed: check.

Dat ik nog niet eerder (als getuige) gevraagd ben joh, ik ben duidelijk een (trouw)talent.