Ik ben geen plakster. Toch niet over het algemeen gesproken. In tijden van werk, wil ik toch graag een minimum aan slaap. En het lief zou daar geweldig blij mee moeten zijn, want het lief weet ondertussen goed genoeg dat een Sofie die niet uitgeslapen is, een Sofie is waar niets mee aan te vangen is.

Het lief is helaas een “belover”.  Ik schets: “Ik drink mijn Duveltje nog op en dan zijn we weg”. Klinkt het herkenbaar? Meestal komt die zin na een kwade blik of 12 van mij. En na wat gezaag. En na ostentatief al tien minuten met je jas in je hand klaarstaan. We zijn ‘direct’ weg, kan het woord ‘direct’ daar een totaal andere betekenis geven.

Pas op, ik begrijp het lief wel. Het is daar meestal plezant. Ik zou ook wel willen blijven staan plakken. Maar helaas, ik moet er vroeg uit. (En het lief meestal niet)

En ik zou natuurlijk ook al alleen kunnen vertrekken. Dat kan in Gent, want dan zijn we te voet. Maar dat is gewoon niet zo leuk. Dat kan niet in Antwerpen, want daar zijn we met de auto (1 auto), want we wonen in een dorp. (Gent- Antwerpen: 1-0)

Als de zin komt “Ik drink mijn Duveltje nog op en dan zijn we weg”, vanaf die tijd, mag ik nog ongeveer een uur rekenen. Want Duvel drinkt niet zo snel en afscheid nemen van leuke mensen, kan bijzonder lang duren. Wij zijn dan ook meestal op plaatsen waar heel leuke mensen zijn, waar je graag nog langer mee grapt en grolt. Maar als het na middernacht is, dan staat mijn hoofd op slapen.

En weet je wat de ironie van de zaak is. Als ik hem uiteindelijk mee naar huis krijg, is het meestal veel te laat. En dan ben ik een typisch zaag wijf. Maar als meneer eens vroeg moet opstaan, dan gaan we gezellig vroeg slapen. Ja, dan wel ja.