Dus ik liep daarnet langs de Watersportbaan.
U zou op dit punt kunnen denken dat dit een soort stoef-blogpost is. Om aan te tonen dat ik loop. Niets is minder waar. Ik loop inderdaad die 5 km rond de Watersportbaan, maar het is nog met wat wandelen. Er valt dus niet veel te stoefen. Ik moet van de trainer wandelen en rustig beginnen. En ik luister flink.
Eigenlijk is het allemaal de schuld van mijn lief. Die loopt namelijk marathons (respect, inderdaad) en heeft mij geweldig jaloers gemaakt met zijn loopgoesting. En ondanks het uitgebreide lessenschema van Stadium Gent (ik ben daar wreed content van, serieus), blijkt het soms toch bijzonder moeilijk om in de sportzaal te geraken. Maar lopen, dat kunt ge overal doen. En altijd.
Ik heb dus geïnvesteerd in goeie loopschoenen en een trainer. Hij maakt schema’s en ik geef stijladvies voor zijn gloednieuwe appartement. Een bijzonder goeie deal. En ik ga ervoor, volgend jaar wil ik zeker de Antwerp Ten Miles kunnen lopen. Dat lijkt me heel haalbaar.
En dus liep ik daarstraks langs de Watersportbaan. En daar waren nu toch wel bijzonder veel vissers. Toch zeker een stuk of honderd. Achter een tijdje had ik door dat er een wedstrijd was (mensen die een truitje aanhadden van hun plaatselijk visteam, waren in dit geval een kleine weggever).
Maar u leest dat dus goed. Een viswedstrijd. Een wedstrijd “om ter beste vissen”. Ja, ik gniffel daarbij.
Terwijl ik er voorbijliep, werden vissen gewogen en gekeurd. En omdat ik niet wou denken aan dingen waar ik stress van krijg tijdens het lopen, ben ik beginnen te filosoferen over de viswedstrijd. En nu zit ik met een aantal vragen.
Hoe kunt ge precies beter vissen dan een ander? Daar heb ik zwaar over moeten nadenken. Is het een kwestie van beter aas? Of moet je gewoon meer geduld hebben? Is de winnaar diegene met de duurste vislijn? Allez, hoe gaan zo’n dingen?
En wat win je eigenlijk met zo’n wedstrijd. Je eigen gewicht in vis?
Ah ja, want die andere gevangen trofeeën heb je moeten terugzetten. Ons moeder kan dus geen viskes bakken.
Gewoon: meer vissen vangen? Of is dat te eenvoudig? 😉
Speelt, naast het aantal, de omvang van de gevangen vissen ook geen rol?
Eerst en vooral een dikke proficiat met je trainingsschema! Vooral de rustdagen zouden mij wreed aanstaan, me dunkt…
En ja, ik heb ze daar ook al zien zitten, op een paar meters van elkaar. en dan heb ik medelijden met die viskes die daar voorbijzwemmen en zo een paar keer in een wormke bijten en bij wijze van bonus nen haak in ulder lipke krijgen, die dan hopelijk vakkundig verwijdert wordt, waarna het viske terugvliegt (!) om een paar meters verder weer in een wormke te bijten…
Ik zou mijn viskes een ringske aandoen om dan te kunnen vaststellen “hé ik heb u al gevangen vandaag”.
Of nee, wacht, ik zou gewoon … nie vissen, peis ik…
oh, verwijderD
tja, ‘t is al laat he…