Ik heb van’t weekend serieus gepoetst. Van het soort met de broek opgerold, semi-onflatterende maar comfortabele kleren, haar achteloos bij elkaar gepakt en veel chaos. (Van het soort dat ge er eigenlijk niet uit ziet, maar ergens ook een geweldig sexy gevoel hebt – zo achteloos was dat haar nu ook niet bijeengepakt, tss).

Ik ben voor the full monty gegaan (en dat heeft absoluut niks te maken met naakt kuisen, wat in de zomer best een leuke bezigheid kan zijn – of in de winter, als ge verwarming hebt). Alle kasten uitgekuist, herschikt, veel weggegooid (met dat laatste heb ik trouwens altijd veel last, maar met een appartement van 35m² moet een mens streng zijn voor zichzelf) en alles is spik en span. Het is buiten 12 graden en een mens verzet ineens bergen werk, wat gaat dat niet geven als ik binnenkort echt verwarming heb. (Pas maar op, ja)

Ik geef het toe, ik kan eigenlijk niet zo goed georganiseerd poetsen, ik zit de hele tijd dingen te verzetten. Als ik er echt aan begin – aan ‘ne grote kuis’ – dan kan het makkelijk een hele dag duren (in zeldzame gevallen zelfs langer dan een volledige dag). Dat kan aan mij liggen, maar kuisen in een kleine ruimte is gewoon onpraktisch. En ik word ook vaak een beetje nostalgisch, als er bepaalde dingen ineens weer opduikelen, zomaar temidden van mijn kuiswoede.

Zo vind ge plots een kledingstuk van het kind dat tot voor kort nog uw pluszoon was, een hotelbandje van de eerste vakantie met uw eerste lief in Turkije (waarom houdt een mens zoiets bij eigenlijk?), uw agenda van 2010 (die al weken kwijt was en waar nog belangrijke documenten in zaten -oef) en andere ‘dingen’. Dingen waar ge soms moet bij gaan zitten. Om ze even aan te raken, te bekijken, te strelen, te koesteren. Om even terug te gaan naar het moment, waar dat bepaalde ding symbool voor staat. Na een kleine meewarige zucht verdwijnt het dan ofwel in de vuilnisbak, ofwel in een doos waar ge niet zo vaak in kijkt – maar die wel (nog) nodig is.

Zo wordt opruimen en poetsen in uw huis, hetzelfde in uw hoofd. In mijn hoofd. Ik ga door allerlei fases in mijn leven, ik voel dat sommige dingen een plaats gekregen hebben en andere dingen hun plek nog niet gevonden hebben. Misschien bij een volgende aanval van extreme properheid. Misschien.

Het moment dat alle rommel begint te verdwijnen en de geur van Mr Proper zich in uw neusvleugels nestelt, het moment dat een lege heerlijke zetel naar u ligt te lonken…op dat geweldig moment. Blijf ik altijd zitten met een rommeltje. Zo wat papieren, gedoe, prullen waar ik even niks mee aan weet.

Gelukkig is speciaal daar voor de rommelschuif uitgevonden.

Gelukkig voor mijn hoofd.