Ik reed gewoon naar huis. Tussen werk en de volgende afspraak zat anderhalf uur en ik zag dat helemaal zitten. Het was ook echt nodig dat ik even in de zetel ging liggen/zitten, want tegenwoordig valt een werkdag aan een bureau echt onder de categorie afzien. Ik keek er naar uit, daar kunnen we het over eens zijn.

Mijn euforie was groot toen ik een vlak voor de deur een plekje vond en daar in een handomdraai perfect in parkeerde (het is ooit anders geweest, believe me). Tot zover ging het goed. Maar dat betekent dat het natuurlijk bijna fout ging, goed fout.

Net toen ik mijn spullen bij elkaar aan het rapen was (overschot van de lunch, jas, sjakosj), greep ik naar mijn sleutels. Die dingen die ge echt nodig hebt om binnen te geraken in uw huis, vrij nuttige dingen. Ik vond ze niet meteen. Ook niet toen ik mijn handtas ondersteboven had gekeerd en onder de zetel had gekeken (niet evident in mijn toestand, stel het u vooral voor).

Ik besefte al snel_dat_ze_nog_op_Nostalgie_lagen. In Antwerpen. 60 km van waar ik op dat moment stond, wat dus vlak voor mijn deur was. Ik was mijn sleutels vergeten. Godverdomme. Klote. Kut. Vooral omdat mijn lief voor zijn werk in Londen zit. De andere sleutel, aan de andere kant van de Noordzee dus.

Mijn brein begon heel snel te werken. Ik meende mij te herinneren dat mijn lief ooit had gezegd dat hij een sleutel aan P. ging geven. Ge weet wel, voor noodgevallen. (Ik meende mij ook te herinneren dat we al heel vaak tegen elkaar hadden gezegd dat we sleutels moesten laten bijmaken, om aan vrienden en familie te geven. Voor noodgevallen, weetwel). Ik belde P. maar had geen succes. In Gent was er geen sleutel. Godverdomme, deel 2.

Plan B, naar mijn schoonouders in Brugge rijden en daar de reservesleutel ophalen. (Brugge is iets dichter dan Antwerpen en vooral minder file in de spits, vandaar die optie). Maar nadat zowel schoonmoeder, -vader als –zus de telefoon niet opnamen, durfde ik toch niet zomaar te vertrekken. Stel u voor dat ze niet thuis waren, dan was ik nog geen stap verder.

Uiteraard moest ik op dat moment ook al 20 minuten heel dringend pipi doen en had voor een keer wel eens honger. Ik had maar een halve weg zitten nadenken wat ik zou klaarmaken in dat gestolen anderhalf uurtje. En had ik al gezegd dat ik moest plassen? Dringend dus. Ik heb ergens gelezen en gezien dat mensen onder pipidruk goede beslissingen nemen, dus ik besloot mijn collega K. te bellen. Die collega die ‘in de buurt van Gent’ woont en meestal vrij laat op Nostalgie is. De man die de redder kon zijn.

Ik had geluk. Hij was nog aanwezig, hij kon mijn sleutels zien liggen. En nog beter, hij was zo vriendelijk om een kleine omweg naar de P+R van Gentbrugge te maken, om een uitwisseling van sleutels te doen. (Misschien omdat ik redelijk wanhopig klonk, dat kan ook). Hij zou er over een dik uur passeren.

Ik besloot een boekje te gaan kopen en iets tegen de honger. De plas moest wachten, ook al was dat niet aangenaam. Bepaald niet. Nadat ik een TV-familie en wat eten had ingeslagen (ok, een zak chips ja, maar het was een ellendig moment, dan mag dat), ben ik naar de parking gereden. En maar wachten. En mezelf dom vinden. En lomp. En vloeken omdat ge nog geen sleutels hebt laten bijmaken, ook al hebt ge dat al zo dikwijls gezegd dat ge dat ging doen.

Een tijd of wat later kwam collega K. aangereden. Ik had hem wel kunnen opeten van geluk. Maar ik zat op een strak tijdschema, want een halfuur later werd ik in Zottegem verwacht bij de lactatiedeskundige. (Ook dat verhaal krijgt u nog)

Ik kon niet anders dan eerst naar huis rijden voor een plas. Anders had ik het nooit overleefd. Ik was dus te laat op mijn afspraak. En voor echt eten, was uiteraard geen tijd meer. Dus ook met honger.

Dus ge staat voor uw deur en ge hebt uw sleutels niet bij. En er zijn er geen in de buurt. Kunt ge het u voorstellen? Mottig jong, serieus.

Deze productie kwam tot stand dankzij K.S., zonder hem was ik niet eens op de pc geraakt in mijn huis.