Yep. Het is al zover. Ik ben te geweldig geweest. En nu doet het pijn.

Kijk, ik was een beetje heel koppig. Omdat mijn basisconditie – laat ons zeggen – niet slecht is, heb ik te snel te veel gelopen. En iedereen maar zeggen, lopen is belastend, ge moet daar mee opletten. Sofie dacht dat ze het allemaal wel gewoon kon.

Pas op, ik heb effectief gewandeld. Zoals gevraagd. Maar toch altijd een paar minuutjes te veel gelopen. Nog een extra paar minuutjes of nog een iets groter toertje. Gewoon omdat ik nog niet moe was. Of nog niet genoeg zweette. En omdat ik meteen stevig wilde doorgeven voor de 5 km op de Antwerp Ten Miles.

Ik kan meteen 5 km lopen, geen probleem. Maar het is gewoon geen goed idee. Toch niet als ge echt wilt beginnen te lopen. Met de lange termijn en al. En ja, dat ben ik wel van plan. Tegen volgend jaar wil ik de Ten Miles uitlopen. Dan wordt er over de 5 km niet meer gesproken.

Maar het zal dus niet voor dit jaar zijn. Want nu moet ik rusten. Ik heb volgens mijn trainer ook wel een beenvliesontsteking. En dat zou wel eens kunnen kloppen. Ik heb namelijk hevige pijn bij het lopen, redelijk veel pijn bij het autorijden en een soort van spanning op mijn scheenbeen in rust. Niet echt goed dus. Blessures. Beikes.

Maar dat is dus wel ongelooflijk frustrerend he. Als u lijf en uw conditie roepen “nog, wij willen nog lopen”. Maar uw been roept nog harder “Stop of ik ga u dood doen”. Dat is dus echt ongelooflijk ambetant. Ik word daar geweldig slecht gezind van. Want als ik niet kan sporten, dan loop ik ambetant.

Ik ga wel proberen om in Gent mee te lopen, op 13 mei. Maar alleen als het lukt. Alleen als ik echt helemaal niks meer voel in mijn been. Beloofd. Want ik wil nog lange blijven lopen. That’s the plan.

Ik ga zondag helaas gewoon supporteren en jaloers toekijken hoe mijn geweldig lief een toptijd neerzet. Ja, ik ben jaloers. Ik ben jaloers als hij zijn loopkleren aantrekt, verdwijnt voor een uur en bezweet terugkomt.

Maar ik ben ook trots. Ge zou zijn lijf eens moeten zien, maat.