Yes. Ik ben gisteren op het podium van de Ethias Arena geklommen, net voor het Zingpaleis zou beginnen. Een feestje met een paar duizend mensen.

Yes, ik had een backstage bandje (dat mogelijks ingekaderd zal worden – als herinnering aan mijn tot nu toe grootste live publiek – dat mag e?) waardoor ik kon dineren met Johnny Logan, Sandra Kim, The Gibson Brothers, VOF De Kunst, Plastic Bertrand en de Romeo’s. Waardoor ik per ongeluk een Romeo betrapte die zijn lief aan het binnen doen was, Sandra Kim J’aime la vie hoorde oefenen (een mens zou denken dat ze dat liedje onderhand wel al kent) en getrakteerd werd op een vette knipoog van The Gibson Brothers. Die mannen versieren alle vrouwelijk schoon dat ze tegenkomen (ik weet zelfs niet zeker of het schoon moet zijn, misschien is twee borsten en een koppel benen al genoeg). Maar backstage-pasjes zijn dus de max. En ge moet vooral doen alsof het de normaalste zaak van de wereld is dat ge daar rond loopt. That’s the secret.

Het was mijn job om de mensen op te warmen, voor de echte show begon. Omdat er iets te weinig tijd was om te soundchecken en een doorloopje te doen, was het niet helemaal perfect. Maar ze hebben flink meegezongen. En het was kick-en!

Als u goed kijkt, ziet u mijn backstage-bandje. Coo-hool.

Als in ‘ik stap op een podium en ik spreek tegen de Ethias Arena die vol mensen zit’. Zo kicken man. Ik heb geen pipi in mijn broek gedaan, ik ben niet flauw gevallen, mijn adem is niet gestokt. Ik voelde alleen maar kriebels in mijn buik en vond het supergeweldig.

Ik kon alleen maar denken, wat een fantastische job heb ik toch. Jeetje zeg.

(En ik dacht ook wel een beetje: ik wil dit nog doen! – hint, hint)