Het is bijna dag op dag vier jaar geleden dat we onze ouders aan elkaar voorgesteld hebben. We konden het op dat moment echt niet meer uitstellen. We hadden ten slotte al een huis gekocht, de akte was zelfs al verleden.

Ze wonen natuurlijk ook een goede 150 km uit elkaar. Dus simpelweg ‘eens binnenspringen’ was er niet echt bij. De kans van elkaar in de supermarkt tegen te komen of ‘al van vroeger’ te kennen, nog veel minder. Maar zoals bijna altijd in augustus logeerden mijn ouders aan zee, vlakbij Brugge waar zijn ouders wonen. Een ideale ontmoetingsgrond.

Sowieso een spannend moment. In het begin is dat natuurlijk onwennig, voor alle partijen. En een verschillende tongval kan dat nog een beetje bemoeilijken. Maar verder geen probleem, eigenlijk klikte het meteen. En dat is sindsdien alleen maar erger geworden.

Ondertussen wordt er afgesproken zonder dat wij er zijn, hebben ze samen een verjaardagscadeau gekocht voor Basiel, mailen ze gezwind, hebben ze al voor de komende twintig jaar een stek gereserveerd op de jaarlijkse rommelmarkt op Blijmare. Omdat het allemaal zo vlot loopt, vergeet ik soms hoe geweldig dat wel is voor onze jongens. Dat alle grootouders samen naar het strand trekken bijvoorbeeld. Uiteindelijk zijn er toch wel veel gelegenheden waarbij je samen zit als er kleinkinderen zijn, dus wel zo handig als ze echt goed overeenkomen.

IMG_5493

Maar toen, vier jaar geleden, was het toch echt spannend. Ik hoor mijn schoonmoeder nog tegen mijn moeder zeggen dat het toch allemaal rap genoeg ging, met dat huis en zo. Dat ze hoopte dat we nog lang zouden wachten met kleinkinderen, dat ze daar nog niet aan toe waren. Mijn moeder knikte toen instemmend trouwens, want om grootmoeder te worden was ze echt nog veel te jong.

Wij moesten in stilte even slikken toen, want we hadden net beslist om geen nieuwe pilstrip meer te beginnen. Anderhalve maand later was Basiel ook echt op komst, dus we durfden dat eerst bijna niet te gaan vertellen.

Ge kent de rest van het verhaal. Alle grootouders zijn stekezot van hun kleinzonen. Tegen dat mijn schoonmoeder eventjes was gaan zitten om van het nieuws te bekomen, had mijn schoonvader de cava al bovengehaald. En toen we aangekondigd op een maandagavond in OLV Waver stonden, riep mijn moeder al meteen ‘Zeg het nu maar, je bent zwanger he?’. Iedereen dolgelukkig.

Maar ik denk toch soms, stel dat Basiel of Felix straks thuiskomen en zeggen “Zeg moeder, ik heb een meiske leren kennen en wij hebben een huis gekocht en ze is zwanger” – en dit alles in een tijdspanne van acht maanden, dan ga ik toch ook zeggen.

“Jongen, gij zijt niet goed zeker?”

(En ook, ocharme onze ouders, die moeten doodongerust geweest zijn)