Vandaag zou jij 33 worden. Maar je maakte de keuze om voor altijd 31 te zijn. Ik zwijg zo veel mogelijk, dat heb je ook gevraagd. Maar ook voor ons is het nog altijd overleven. De achterblijvers moeten het zien te redden en soms ben ik wel kwaad, dat jij daarover ook nog eisen stelt. Deze tekst schreef ik voor je uitvaart, en kwam ik toevallig weer tegen toen ik een ander document zocht. Corona gooit helaas roet in het eten van de traditie om vuur te maken op je verjaardag, met je maten. Maar er brandt hier sowieso heel vaak een kaarsje. Verdomme toch.

Nen dikke met een broske en een brilletje. Zo zullen veel mensen je misschien nog kennen. Als klein Thomasje. Toen al een figuur, ik zou misschien zelfs durven te zeggen, een legende.

“Ah, ben jij de moeder, nonkel, zus, lief, vriend…van Thomas Verschueren? Ja, natuurlijk, die ken ik” – Ik denk dat we die zin allemaal wel eens gehoord hebben. Je kan je het gezicht dat bij die zin hoorde, ook zo inbeelden. Zoveel mensen kenden jou, van naam en van reputatie. Ik denk dat we dat ook gewoon zien, aan hoeveel mensen hier vandaag samen zijn.

Het was met carnaval, ergens begin jaren ’90. Toen jij – serieus mollig, met een heel lelijk dik brilletje en een kapsel met zeven weerborstels – heel pertinent als ballerina verkleed wilde gaan. Ja echt, als ballerina, daar was geen speld tussen te krijgen. Dus naaide oma een roosblauwe tutu en jij stapte er in, met baskets eronder. Ik kan u zeggen, het was geen gezicht.

Misschien omdat die outfit ooit op de gevoelige plaat is vastgelegd, dat je daarna veranderd bent in een fashion koning. Want op je outfits was meestal niets aan te merken. Maar niet alleen een fashion koning, ook een koning in het organiseren van feestjes en evenementen, in het charmeren van meisjes van 5 tot 95 jaar, in het omgooien van iedereen zijn planning omdat er gevoetbald moest worden. (Meestal zelfs niet in één ploeg, maar in een paar), in het uithangen van de flauwe plezante. Dat is niet eerlijk, niet de flauwe plezante. Daarvoor was je humor veel te gevat.

Je bent de gangmaker. De trekker. Kijk, wat een ‘gang’ je hier op de been brengt. Je bent de maat waarmee je in de bossen van De Ardennen kon verdwalen, maar tegelijk geen moment schrik had, “want den Thomas is erbij”. De bossen van de Ardennen, jouw plek.

Do it with passion, or not at all. Zo ging je door het leven. Vurig en extreem, in alles. Je hield van vuur. Van worsten op de barbecue met maten, van er rond zitten en er blokken opgooien, van vurige liefde, van de haard in gang te houden. Van mensen die met vuur voor hun idealen gingen. Van vuur. Een paar weken geleden op familieweekend zat je nog een hele avond naast de vuurschaal in de tuin. En zoveel mensen gingen er naast zitten, met een luisterend oor.

Wij zagen allemaal dat het vuur in je ogen stilaan uitging. Je hebt zoveel mensen afgeblokt en verwaarloosd, je gleed weg, je zat vast in een tunnelvisie van passie en vuur. Er zijn zoveel helpende handen uitgestoken, maar je wilde ze niet. En wij hadden misschien niet door dat het vuur op zo een laag pitje stond.

Zoneke, Thomaske, Tommy, Jos, Boxer, Schuure, nonkel Thomas.

Je was extreem. Je was extreem in wat je deed, en hoe je het deed. Een fles wijn leegmaken tot een kot in de nacht (of een paar flessen), geen probleem. Maar wel op voorwaarde dat we de volgende dag een kilometer of vijftien gingen lopen. En eigenlijk het liefst ook nog 35 kilometer fietsen. En waarom niet, ook nog een matchke spelen.

Deze match is afgefloten, door jou. Wij kunnen alleen maar proberen om het te begrijpen. FC Thomas Verschueren heeft het op de spits gedreven. Je was altijd een speciale en vaak zelfs – laten we eerlijk zijn – nen ambetante, en dat zal je blijven. Je maakt het ons godverdomme ambetant, man. Je maakt van de rest van ons leven een bootcamp, we gaan nog serieus afzien en zweten.

De slogan van voetbalploeg FC Verschueren heb je zelf meegegeven. En wij zullen proberen om daar zoveel mogelijk naar te leven. Naar te spelen.

“Ga verder, inspireer, respecteer.”