Ik heb geen idee hoe het ons gelukt is, maar tot voor kort had onze toen 2-jarige zoon nog nooit van Bumba gehoord. Op de crèche wordt daar niets mee gedaan, wij hebben dat nooit opgezet, hij kwam dat nergens tegen.

Ik ben niet tegen Bumba of zo, maar nu ook geen fan. Basiel amuseert zich te pletter met zijn blokken, boekjes, puzzels, spaarvarken (centjes eruit en erin, uren aan een stuk!), een ballon, keukentje en duizend andere speelgoedjes (aah, te weinig plaats). Het is hier ook geen pleidooi voor of tegen schermtijd bij uw kinderen, ik ga me voor een keer buiten de discussie houden. Laten het ons er zo op houden: wij vonden dat ferm gemakkelijk, dat er niet om Bumba gezaagd werd. Wat niet weet, niet deert.

Maar toen kwam meter met iPad babysitten en die liet hem naar Bumba kijken. Geen schuldgevoel voor meter, het ging toch ooit gebeuren. Twee jaar en een paar maanden dus. Ik kan u zeggen: instant verslaafd. Sindsdien een paar keer per dag: “bompa kijken” (Hij zegt bompa :), heel schattig).

In de drukte van de ochtendspits mag hij van papa nu even naar Bumba kijken. Dat geeft papa wat ruimte ‘s morgens (ooh, dat soort ouders zijn wij ja!) en Basiel vindt het geweldig. Maar echt, geweldig. Ongelooflijk hoe enthousiast die kan zwaaien naar een clown die in een geel-met-rode-tent woont.

Maar als ik soms eens moet meekijken, kan ik alleen maar denken.

“Bumba, kerel, wat hebt gij gezopen joh?”