Nog nooit gebeurd sinds Basiel er is, maar ik was afgelopen donderdag helemaal alleen thuis. Helemaal alleen tot mijn wekker om 5u afging.

Het gebeurt wel eens vaker dat Tom weg is voor zijn werk, maar de vorige keren was Basiel altijd gewoon bij mij (toen deed ik nog niet altijd een ochtendshift), bleef er iemand bij ons slapen voor de ochtendopvang of sliep ik samen met Basiel ergens anders. Alleen thuis zijn voor een nacht: mega-raar.

Meter E. was Basiel donderdag in de late namiddag komen halen (toen hij na 2 boterhammen “nog een bammetje” vroeg, was ik vrij gerust dat zijn kotsing over was) om hem de volgende dag de verrassing van zijn leven te bezorgen: een binnenspeeltuin.

Kermis voor mij dus, want ik kon werkelijk alles doen wat ik wilde. Wat ik ook gedaan heb:

–         Was ingestoken/geplooid/opgehangen (ik weet het, very uncool. Maar zo gaat dat nu eenmaal met een kotsend kind. Ge laat dat best niet liggen)

–         Gaan sporten (ik was weer mijn fietsslot vergeten en ben dus moeten terugrijden, maar ik was maar 10 min te laat voor de Bodysculpt)

–         Vervolgens nog volledig bezweet naar de Delhaize doorgefietst (dat kon natuurlijk, want ik hoef niemand meer te versieren)

–         Een TV-familie en wat ingrediënten voor mijn vrijdag-lunch later weer naar huis gereden

–         Boterhammetje met tomaat en mozzarella in de oven gestopt, groentjes gesneden voor tv (vrijdaglunch). Alles voor tv eigenlijk, wat ook maar mogelijk was.

–         Onderhoudswerken (iedereen is eens naar de kapper geweest, ge kent dat wel) en andere verwennerij (smeren!)

–         In het midden van het bed gaan liggen met de venster zo open als open kan zijn

Na een nacht diagonaal:

–         Het licht aansteken en teen noch scheen stoten omdat je in het donker probeert weg te sluipen

–         Zoveel mogelijk lawaai maken

–         ’s morgens voor de kast nog kiezen wat ik ga aandoen (anders moet het klaarliggen, want ik kan in het donker niks vinden in de kast)

–         Douchen met alle deuren open (en opnieuw: zoveel mogelijk lawaai)

Het was geweldig en eigenlijk te kort. Maar toen ik ‘s ochtens de deur dichttrok, moest ik toch vooral denken: Vanavond zijn ze toch zeker wel terug eh? Dit was me toch een beetje te raar.