Ok, ik ben heel erg koppig als het er op aan komt. En het komt er op aan. Ik wilde heel graag een halfjaar borstvoeding geven, zonder groente- of fruitpapjes en zonder extra flessenvoeding. Waarom? Omdat ik daar heel veel over gelezen heb en dat gewoon het beste is. En omdat ik een droomborstvoeding heb doorgemaakt, zonder het allerminste probleem. Het is niet dat er iets mis is met flessenvoeding of met vroeg starten met groentjes. Dat zeg ik niet. Maar ik wil hem het beste geven. En ik denk dat ongelooflijk veel mensen met hun ogen rollen door mijn halsstarrigheid, maar dat is dan maar zo. Als het op mijn kind aankomt, ben ik koppig. Excuses.

Tot zover. Vandaag was het de eerste dag dat Basiel naar de creche moest en ik weer gaan werken.

Het begon allemaal goed. Gezwind uit bed gesprongen om 5u40. Flink gekolfd (220 cc), mezelf klaargemaakt en Basiel een droomvoeding gegeven. In de auto om 6u40. Klaar voor een nieuwe start. Op dat moment ging het allemaal nog heel goed. Ik had zelfs nog geen traan gelaten (ok, de dag ervoor wel in de comfortabele omgeving van mijn gezin, maar dat is beter dan on the day. Toch?). Vrolijk gearriveerd op het werk, blij weerzien met de collega’s.

Het hele weekend hebben we ons trouwens goed geïnformeerd over hoe werken&borstvoeding combineren. Extra informatie ingewonnen bij lactatiedeskundigen. Alle sites afgeschuimd die er iets van af weten. Mijn kleine teen vertelde me dat mijn ventje zeker 500 cc zou nodig hebben om de periode zonder mij te overbruggen, maar alle lactatiedeskundigen spraken dat tegen. Maar ik had toch een potje extra meegegeven. Ge weet wel, voor de zekerheid. Maar meer dan ik op één dag kan kolvend kan verzamelen, dat in ieder geval.

De eerste berichten bleven positief. De ochtendspits met papa was super verlopen. Het afzetten in de crèche (ook met papa) prima gegaan. Ik voelde me op het werk ook in mijn sas. De hele dag met mijn hoofd bij Bruce Springsteen gezeten, die na veel interviews te bekijken en beluisteren best een lekker stuk blijkt te zijn (maar wel veel ‘ya know’ zegt). Maar ik wijk af.

Rond 11u30 of zoiets kreeg ik een paniektelefoon.

“Basiel is de hele tijd aan het krijsen. Hij heeft alles supersnel opgedronken en heeft nu nog honger. Hij weent de hele tijd. En zijn eten is op. Wat moeten we doen?”

Slik. Nog voor de middag was de hele voorraad erdoor, die eigenlijk voorzien was voor vandaag en een stukje morgen. (Als ik de lactatiedeskundigeN had mogen geloven toch). En terwijl ik probeerde te luisteren naar hoe het was gegaan, hoorde ik op de achtergrond een krijsende baby. Mijn baby, die ik de laatste vier maanden maar een enkele keer zo’n geluid heb horen produceren.

Moederhart in stukken. Borsten op springen. Teleurstelling alom. Het is niet gelukt. Niet gelukt. Vier maanden en bijna twee weken, en we moeten noodgedwongen een fles bijgeven. Alleen maar omdat ik moet werken, want met live borstvoeding is er nooit een probleem geweest. Natuurlijk was het boeleke honger laten lijden geen optie. Toch had ik nog hoop, dat hij het met dat extra flesje zou halen tot borst en baby elkaar weer konden vinden.

Tot ik binnenkwam in de opvang. En Basiel net zijn eerste fles poedermelk had opgedronken. Even gulzig als met een flesje bv blijkbaar. Eén dag werken en mijn ‘droom’ van zes maanden exclusief borstvoeding ligt al aan diggelen. Maar ja, ik krijg onmogelijk een liter moedermelk bijeengekolfd op een dag. Onmogelijk.

Iedereen zegt me dat het toch geen ramp is (en dat is het ook niet). Veel mensen zeggen dat ik dan maar met patatjes moet starten (maar dat wil ik nog niet, na veel research) of niet zo belachelijk moet doen (kan zijn). Dat een fles even goed is en dat kindjes daar even gezond groot van worden (wat waar is).

Het is allemaal niet_echt_erg. Basiel moet wennen aan fulltime creche, mama moet wennen aan weer fulltime werken. Hij is nog steeds ongelooflijk gezond en ziet er behoorlijk gelukkig uit. De glimlach die ik kreeg toen hij mij zag, was onbetaalbaar.

Maar ik krijg de emoties maar moeilijk afgeschud. Veel meer dan cocoonen in de zetel zie ik vandaag niet zitten. Maar dat mag. Want morgen moeten we er opnieuw staan.